Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar [60]een stam zal hij hebben, om [61]Mijns knechts Davids wil, en om Jeruzalems wil, de stad, die Ik verkoren heb uit alle stammen van Israel. 60. Versta, den stam van Juda; hoewel daarin de stam van Simeon enigszins vermengd was, mitsgaders een deel van den stam van Benjamin. Nu in de tien stammen worden Efraim en Manasse voor twee stammen gerekend, maar de stam van Levi, hebbende geen bijzonder land en zijnde onder de andere stammen verstrooid, komt niet in rekening. 61. Zie boven, vs.12,13.